Home > Ziektebeelden > Oogheelkunde > Ooglid en traanklieren >

Chalazia & hordeola

Inleiding

Chalazion en hordeolum zijn plotseling ontstane, gelokaliseerde zwellingen van het ooglid. Een chalazion wordt veroorzaakt door een niet-infectieuze occlusie van een Meibom kliertje, terwijl een hordeolum wordt veroorzaakt door infectie. Beide veroorzaken eerst hyperemie en oedeem van het ooglid, zwelling en pijn. Na een tijd wordt een chalazion een kleine niet pijnlijke nodulus in het midden van het ooglid, terwijl een hordeolum pijnlijk blijft en aan de ooglid rand is gelokaliseerd. Diagnose is klinisch. Behandeling is met warme kompressen. Beide condities verbeteren spontaan, maar incisie of, voor chalazoin, intralesionale corticosteroïden kunnen gebruikt worden om het sneller te laten verdwijnen.

  • Chalazion: Een chalazion is een niet infectieuze obstructie van een kliertje van Meibom, wat extravasatie van irriterend lipide materiaal in het zachte weefsel in het ooglid geeft met focale secundaire granulomateuse ontsteking. Bij ziektes die abnormaal dik Meibom klier secreet veroorzaken (bv Meiboom klier disfunctie, acne rosacea), is het risico van Meibom klier obstructie verhoogd.
  • Hordeolum: Een hordeolum, of strontje, is een acute, gelokaliseerde, pyogene (meestal staphylococcen) infectie of abces in het ooglid die extern of intern kan zijn. Meeste hordeola zijn extern en een resultaat van een obstructie van een wimperfollikel en aangrenzende klier van Zeis of Moll’s klier. Follikel obstructie kan geassocieerd worden met blepharitis. Een interne hordeolum, wat erg zeldzaam is, is het resultaat van een infectie van een Meibom klier. Soms is er ook cellulitis.

 

Symptomen

Chalazia en hordeola veroorzaken beide roodheid, zwelling en pijn van de oogleden.

  • Chalazion: Na 1 of 2 dagen ontwikkelt een chalazion naar het midden van het ooglid. Een kleine, niet-pijnlijke nodulus of bobbel ontwikkelt zich en draineert meestal aan de binnenzijde van het ooglid of wordt spontaan geabsorbeerd na 2 tot 8 weken. Ze bestaat zelden langer. De visus kan een beetje vaag zijn.
  • Hordeolum: Na 1 tot 2 dagen ontwikkelt een extern hordeolum zich aan de ooglidrand. Er kan tranenvloed, lichtschuwheid en een corpus alienum gevoel aanwezig zijn. Vaak ontwikkelt zich een kleine, gele pustel aan de basis van een wimper, met rondom hyperemie, induratie en diffuus oedeem. Binnen 2 tot 4 dagen ruptureert de laesie (pus), hetgeen verlichting van pijn geeft .
  • Symptomen van een interne hordeolum zijn dezelfde als een chalazion met pijn, roodheid en oedeem in het posterieure tarsale conjunctivale oppervlak. De ontsteking kan ernstig zijn, soms met koorts en koude rillingen. Inspectie van de tarsale conjunctiva laat kleine verhogingen zien of een geel gebied aan de kant van de getroffen klier. Later kan er een abces gevormd worden. Spontane ruptuur is zeldzaam. Hoewel het meestal aan de conjunctivale zijde van het ooglid ontstaat, kan er soms een eruptie zijn aan de huidzijde. Recidivering is gebruikelijk.

 

Diagnose

De diagnose van een chalazion en beide soorten hordeola geschiedt klinisch. Gedurende de eerste 2 dagen zijn chalazia en hordolea klinisch niet te onderscheiden. Omdat interne hordeola zeldzaam zijn, zijn ze meestal niet verdacht, tenzij de ontsteking ernstig is of koorts en koude rillingen aanwezig zijn. Als de chalazia of hordeolea bij de binnenste canthus van het onderste ooglid liggen, moet het gedifferentieerd worden van een dacryocystitis. Chronische chalazia, die niet reageren op behandeling vereisen biopsie om een tumor van het ooglid uit te sluiten.

 

Behandeling

Warme kompressen gedurende 5 tot 10 minuten 2 of 3 keer per dag kan worden gebruikt om de chalazia en externe hordeola op te lossen.

  • Chalazion: Incisie en curettage of injectie met corticosteroïden (0,05 tot 02 ml triamcinolone 25 mg/ml) kan geïndiceerd zijn wanneer de chalazia groot of langer dan meerdere weken aanhoudt, ondanks conservatieve therapie.
  • Hordeolum: Een externe hordeolum dat niet reageert op warme kompressen, kan worden geïncideerd. Systemische antibiotica (bv dicloxacilline of erythromycine 50 mg po 4 x daags) zijn geïndiceerd wanneer cellulitis. Behandeling van interne hordeolea geschiedt met orale antibiotica en eventueel incisie en drainage. Lokale antibiotica zijn meestal ineffectief.

Bron

  1. L.D. Bores. Refractive Eye Surgery 2nd Edition 2000. Wiley-Blackwell.
  2. D.Y. Kunimoto, K.D. Kanitkar, M.Makar, M,A. Friedberg. The Wills Eye Manual: Office and Emergency Room Diagnosis and Treatment of Eye Disease 4th Edition 2000.Lippincott Williams & Wilkins.
  3. D.J. Spalton, R.A. Hitchings, P. Hunter. Atlas of Clinical Ophthalmology 3rd Edtion 2004. Mosby.
Laatste update: 16-09-2011